Directe Toegankelijkheid Oefentherapie (DTO) maakt psychosomatische oefentherapie voor iedereen rechtstreeks toegankelijk.
Hoe gaat DTO in z’n werk?
De cliënt/patiënt die zich (rechtstreeks) heeft aangemeld, zal door de psychosomatisch oefentherapeut eerst zorgvuldig worden gescreend. Deze screening moet aan het licht brengen of de cliënt/patiënt met zijn klachten bij de psychosomatische oefentherapeut inderdaad aan het juiste adres is. Deze stap is dus heel belangrijk. Want blijkt er iets anders aan de hand te zijn, bijvoorbeeld een aandoening waarvoor psychosomatische oefentherapie (nog) niet is geïndiceerd, dan moet dat natuurlijk zo snel mogelijk helder zijn. In zo’n geval krijgt de cliënt/patiënt het advies om alsnog naar de arts te gaan. In alle andere gevallen volgt stap twee, waarin de oefentherapeut nader onderzoekt of psychosomatische oefentherapie voor de betreffende cliënt/patiënt zinvol is. Zodra dat vaststaat, zal de oefentherapeut met de cliënt/patiënt concrete afspraken maken over bijvoorbeeld de aard, de start, de duur en het te bereiken doel van de behandeling.
Voor alle duidelijkheid: ‘directe toegankelijkheid’ is dus niet hetzelfde als ‘direct aan de beurt zijn’. DTO versnelt weliswaar de kans op psychosomatische oefentherapie, maar inplanning blijft noodzakelijk. Het spreekt natuurlijk vanzelf dat de psychosomatisch oefentherapeut alles in het werk zal stellen om zo snel mogelijk met de screening en evt. daaruit voortvloeiende behandeling te kunnen beginnen.
Is DTO voor iedereen?
In principe geldt de directe toegankelijkheid voor iedereen in Nederland. Voorwaarden zijn er niet aan verbonden, dus het maakt in principe niet uit wat de zorgvraag is of wat de klachten zijn.